Ingrid in Debrecen

Hoe overleef ik.....

... Debrecen in mijn eentje.

Nee, dit is niet een nieuw deel van Francine Oomen en dit gaat ook niet over het grapje van Mozes en de eerste auto (Vrager:Wat was de eerste auto? Antwoorder: een T-ford. Vrager: fout! Een eend. Want Mozes ging in zijn eendje de berg op). Ook is dit nog geen noodkreet van eenzaamheid. Natuurlijk is het af en toe lastig voor zo'n kletskous als ik om niemand de oren van zijn hoofd af te kunnen praten, maar verder houd ik het nog prima vol. Zou anders ook niet best zijn: ik zit officieel pas op dag één.

Desondanks blijft het een feit dat ik alleen in Debrecen ben. Alleen, maar niet eenzaam.

En wanneer je alleen bent in een land waar niemand jou begrijpt en jij hen ook niet, zul je een actieplan moeten maken.

Allereerst is het belangrijk om te zorgen dat alles wat je moet regelen geregeld is. Vanochtend begon ik dus met het inschrijven aan de Universiteit. Alles was perfect georganiseerd: voor alle studenten lag er een map op naam klaar met daarin alle benodigdheden zoals voedselbonnen (blijft vreemd klinken in een ex-communistisch land), informatieboekjes, plattegronden, roosters en het OV-abonnement. Toen ik dat eenmaal ontvangen had en mijn kamer had betaald was het tijd voor stap twee van het actieplan: Zorg dat je weet waar je bent.

Wanneer je niet de mogelijkheid hebt om te vragen wat waar allemaal is en hoe je daar komt, zul je het zelf uit moeten vinden. Gewapend met een miezerig plattegrondje en een intuïtief richtingsgevoel ging ik op pad. Ik nam de eerste de beste weg en volgde die. Omdraaien kan wandelend altijd, dus ik ging er van uit nog niet te kunnen verdwalen.

Omdat er ondertussen de hele ochtend al flink onweer dreigde (wel zwaar gerommel, geen regen) besloot ik gebruik te gaan maken van mijn OV-abonnement. Ik nam tram 1 (weet je nog? De enige tram...) en ging zitten. Ik had besloten drie haltes mee te rijden. Bij toeval stapte ik daardoor op het hoofdplein uit (Kossuth tér).

Hier bleek ook een boekwinkel: open en wel op zondag. Dus tijd voor stap drie: ontbrekende kennis bijkopen. Met een Duitstalig toeristenboekje over Debrecen, een uitgebreide stadskaart en een zakwoordenboek Hongaars-Engels-Hongaars kon ik nu de wereld (lees: Debrecen) aan. Eindelijk begon het actieplan zin te krijgen. Ik wist waar ik was, en door mijn geweldige aankopen wist ik ook nog eens wat ik zag.

En toen rees voor mij op het plein de Nagytemplom op. Niet dat de kerk er nog niet stond voor ik mijn boekjes had gekocht, maar op dat moment was ik nog een ‘girl on a mission' en had ik weinig oog voor de schoonheid van de stad. Nu kon ik eindelijk genieten van al het moois dat de omgeving te bieden heeft.

De Nagytemplom is de grote gereformeerde kerk van Debrecen. Wanneer er een (Nederlandstalig-) toeristenboekje over Debrecen zou bestaan, zou die kerk zeker op de voorkant gedrukt worden. Een grote kerk met twee torens, in het typische Hongaarse geel met wit. Op mijn weg ernaar toe werd ik nog even afgeleid door een mooi mozaïekkunstwerk van het wapen van Debrecen op het plein en een gedenkbeeld voor Lajos Kossuth, die in 1849 de onafhankelijkheidsverklaring voorlas in de Nagytemplom.

Nu werd het tijd voor de bevestiging van de laatste stap van mijn stappenplan: écht weten waar je bent. Kortom: ik moest het hoogste punt in de omgeving vinden en het uitzicht in mij opslaan. De 61 meter hoge torens van de Nagytemplom leken mij daar zeer geschikt voor. Kortom, ik stond weer voor de uitdaging van het kopen van een kaartje (mét toren én korting). Eenmaal binnen heb ik natuurlijk eerst de orgels bekeken, daarna de stoel waar Lajos zelf nog op gezeten heeft (zegt men,,,) en vervolgens op naar de toren. Normaal gesproken ben ik geen watje wat hoogtes en trappen betreft, maar 61 meter omhoog op scheve, krakende, smalle en OPEN houten trappetjes was toch even spannend. Omhoog was eigenlijk het probleem niet eens, maar naar beneden ben ik toch maar achterwaarts gegaan. Ook ben ik bang dat ik blijvende gehoorschade zal hebben omdat, precies toen ik NAAST de klok stond, hij begon te luiden. Desondanks was de klim het waard: het uitzicht mocht er zijn. Niet eens omdat het zo mooi was, maar juist omdat dat het eerste moment was waarop de grote tegenstellingen in de stad mij opvielen. Prachtige Jugendstil naast communistische betonwerken. Deze bevinding liet mij de rest van de dag niet meer los. Met mijn toeristenboekje in de hand ben ik de stad doorgewandeld en overal vielen de tegenstellingen mij meer op. Betonrot naast prachtig opgeknapte kunstwerken, modderpoelen naast parkjes en historisch naast ultramodern (nou ja... jaren '80 noem ik hier ultramodern...). Ik heb geprobeerd dit op de foto's vast te leggen. Ben benieuwd wat jullie daarvan vinden.

Naast de tegenstellingen in de stad was er nóg een iets dat mij opviel. Ik was alleen. Ik liep in de op één na grootste stad van Hongarije en ik was alleen. Het is een vrije dag in de op één na grootste stad van Hongarije en ik ben alleen! Waar is iedereen? Op straten van zes rijbanen breed (die liggen er toch niet voor niets) waren slechts twee auto's te vinden. Op het hoofdplein kon ik de mensen op twee handen tellen en bijna al het openbaar vervoer leek privé te zijn. Natuurlijk liepen er wel mensen over straat en zaten er wat stelletjes her en der verspreid over de terrasjes, maar voor de op één na grootste stad van Hongarije in het hoogseizoen was ik verbaasd. De rust en leegte overheersten. Ik ben benieuwd of dat de komende dagen/weken zo zal blijven, of dat dit slechts eenmalig was. Ik zal jullie ook daarover op de hoogte houden!

Na een dag lang geslenterd te hebben ben ik naar mijn kamertje gegaan om mij op te frissen. Vervolgens heb ik tijdens een wandeling naar een restaurantje wat medestudenten leren kennen. Onder andere Maria (Russisch, journaliste, studeert Hongaarse journalistiek....) en Greta (Amerikaanse: Texas, studente media en communicatie, vader Deens, moeder Hongaarse). Twee leuke vlotte meiden van mijn leeftijd. Denk alleen dat ik ze niet heel veel zal zien aangezien zij beiden vloeiend Hongaars spreken en ik in de beginnersklas kom. Ben benieuwd wat daar voor mensen in zitten. Deze twee meiden waren ‘jong', maar de meesten die ik zag waren toch écht wel ‘volwassen'. Ook vond ik er relatief veel Duitsers bij zitten. We gaan het morgen meemaken!

Puszi! (Kusje)

Reacties

Reacties

Elise

Heerlijk Ingrid, wat kun jij leuk vertellen! Ik zie het gewoon helemaal voor me hoe jij daar door de stad loopt en je actieplan ten uitvoer brengt:) Dapper hoor, zo in je eentje op stap gaan! Maar je kunt het absoluut! En voor je het weet liggen de Hongaren aan je voeten:P Geniet ervan!!! (niet enkel van de Hongaren die aan je voeten liggen haha)
Liefss

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!